Vlas

Vlas is een natuurlijk product dat voor twee uiteenlopende doeleinden kan gebruikt worden, nl. voor touw en kledij (vezelvlas) of voor lijnzaadolie (olievlas). Bij olievlas worden de zaden gebruikt om olie te maken, bij vezelvlas daarentegen is de vezel van belang. Vlas kent zijn oorsprong in West-Europa en wordt ook nu nog geteeld in België, Nederland en Noord-Frankrijk. Al wordt het ondertussen al wereldwijd verbouwd, met de beste niet-Europese gewassen in Egypte.

Een zaadje groeit uit tot een volwaardige bloemrijke plant. De bloemen veranderen in zaadzakjes, die samen met de stengels bruin worden. Eenmaal de plant bruin is, kan er geoogst worden. Een lange vezel is hierbij belangrijk en dus wordt de plant inclusief wortel uit de grond getrokken. Om de vezel los van de bast te krijgen is een rottingsproces nodig, dit kan in een rivier of via dauwroten.

Daarna worden de vezels gebrakeld, hierbij wordt de harde buitenste schil of bast gebroken. In een volgende stap wordt de bast van de vezel geslagen (zwingelen), om dan tot slot de korte vezels te scheiden van de lange vezels (hekelen).